Grootste objectieve website voor
 complementaire en alternatieve geneeskunde

IOCOB

Home > Geen categorie > Visies over alternatieve geneeskunde in NL

Visies over alternatieve geneeskunde in NL

In Medisch Contact van deze week, 16 November, op p. 1920 en 1921 een uitgebreide vooruitblik over alternatieve geneeswijzen n.a.v. de discussie bijeenkomst op 29 november in de Domus Medica, het hoofdgebouw van de KNMG. Medisch Contact sprak met Els Borst, Jan van Gijn en Jan Keppel Hesselink.

Els Borst: alternatieve geneeskunde afwijzen! 

Borst haalt meteen fel uit, en meent: " Ik ben het grotendeels oneens met het standpunt van de KNMG. De eerste fout is te stellen dat alleen artsen alternatieve geneeswijzen mogen toepassen. Artsen moeten die methoden juist afwijzen." Nou dat is dan duidelijk. Waarom dan wel?  Nou, omdat ze meent dat: Artsen die de complementaire geneeskunde op het universitaire schild heffen, geven de indruk dat die methoden ook een wetenschappelijke basis hebben. Dat is niet het geval en dus misleidend. En tenslotte geeft ze aan dat: Van de alternatieve methoden is overtuigend aangetoond dat die niet werkzaam zijn, sterker nog: ze zijn onwerkzaam.

Commentaar: Daarmee geeft Els Borst aan dat ze niet op de hoogte is van de veelheid van literatuur op dit gebied. En verder: ten eerste maakt ze een fundamentele fout in haar redenatie. Aantonen dat iets niet werkt is niet hetzelfde als niet aangetoond hebben dat iets werkt. En ten tweede is er een grote hoeveelheid literatuur die diverse vormen van complementaire behandelvormen steunen. Tot en met meta-analyses toe. Bovendien is er nooit overtuigend aangetoond dat alternatieve methoden onwerkzaam zijn, dat is een uitspraak van iemand die alles in een bak gooit. Er is wel aangetoond dat bepaalde onderdelen van het immense veld van de alternatieve geneeskunde niet werkzaam zijn, zoals chelatie therapie bij atherosclerose. Hoewel men ook daar in Amerika weer een studie voor opgezet heeft. Maar enorm veel zaken zijn wel bewezen, en daar zijn zelfs positieve Cochrane analyses van te vinden.

Mevrouw Borst sloot haar betoog af met: Òf je moet de wet aanpassen en artsen ook opleiden in complementaire geneeswijzen, òf, zoals ik liever zou zien, artsen onthouden zich van alternatieve geneeswijzen, van onprofessioneel handelen.  en…. in principe heeft de reguliere geneeskunde een wetenschappelijke basis en die ontbreekt volledig bij de alternatieve behandelmethoden.

Beste mevrouw Borst, het meest logische zou zijn alle EBM gerelateerde complementaire behandelwijzen binnen het curriculum voor artsen op te nemen. En zo de professionaliteit ondersteunen. En de wetenschappelijke basis verder uitwerken met oog voor de verschillende invalshoeken die er zijn. De Amerikanen noemen dat: picking the low hanging fruit…het is momenteel makkelijk inkoppen voor de eerste universiteit die CAM onderwijs wil gaan geven!

Jan van Gijn: bewijzen ontbreken 

Professor van Gijn, de oud hoofdredacteur van het NTvG heeft eenzelfde vsisie, hij stelt: Tovervrouwtjes mogen dan bestaan, maar artsen behoren geen complementaire geneeswijzen uit te oefenen. En vervolgens dezelfde opmerking over de afzezigheid van bewijs: ‘De reguliere geneeskunde heeft zich ook ontelbare keren vergist, maar die slijpt bij en wordt steeds beter. In de complementaire geneeskunde komen trials maar moeilijk van de grond, de harde bewijzen ontbreken,’ Tja, hoe hard wil je bewijzen hebben.

Commentaar: Hoe hard is het bewijs in de neurologie dat Baclofen werkt bij spasmen bij MS? En hoe hard was het bewijs dat met de beta-blokker atenolol primaire en secundaire preventie bestond voor hart en herseninfarcten?  We dachten allemaal heel hard, en toen bleek uit een gigantische meta-analyse ineens van niet.. Harde bewijzen bestaan bijna niet binnen de geneeskunde. En uit de clinical trials van de laatste decennia is duidelijk gebleken dat veel complementaire interventies effectief zijn, zinvol zijn, kosten besparend kunnen zijn en gewild worden door de patienten. En daar moeten we uiteindelijk toch naar luisteren?

Jan Keppel Hesselink: wel bewijs en kijk over de rand van de hoed!

Ten slotte Keppel Hesselink.  De visie van IOCOB is: ‘Belangrijk is dat we beseffen en weten wat er tegenwoordig omgaat in de geneeskunde, en dat is zoveel meer dan de reguliere geneeskunde. Steeds herhalen dat homeopathie niet kan werken, helpt niet. Er zijn wel 500 complementaire behandelwijzen, waarvan de acupunctuur, manuele therapie en hypnotherapie eigenlijk al regulier zijn geworden. We spreken dan ook liever van mainstream en (nog) niet-mainstream behandelvormen, in navolging van de Amerikanen.’

Ook dat een Geintegreerde Geneeskunde de benadering van de toekomst kan zijn, waarbij:  ‘De arts moet coach leren zijn en patienten begeleiden bij die behandelvormen, die het geschikste zijn voor de patient, regulier en niet-regulier. Dit moeten de principes zijn waarop we de visie ontwikkelen over de verhouding tussen alternatief en regulier. Een synthese dus, zonder hokjesdenken. Putten uit het beste wat er is.

Er is nog een grote tegenstelling tussen deze visies. We hopen op dagend inzicht dat als de patient alternatief wil, dat artsen dan zeer geschikt zijn, en dat door de motivatie van de patient en de bewogenheid van de patient het beste bereikt wordt! Effect is immers kwaliteit x acceptatie!

Conclusie

Onbekend maakt onbemint. Uit de opmerkingen van Borst en van Gijn blijkt dat ze een fragmentarisch beeld van de alternatieve geneeskunde hebben, en vooral een beeld hebben dat gevoed is door de homeopathie. Beiden hebben ook enkele sterke punten:

Borst: als je het echt serieus neem, doceer het dan aan universiteiten (daarmee zouden we het voorbeeld van het Amerikaanse consortium voor Geintegreerde Geneeskunde kunnen gaan volgen, waar circa 30 Universiteiten zich mee verbonden hebben).

van GIjn: onderzoek de behandelingen nauwgezet, we weten pas zo weining. Dat is een pleidooi door de te gaan met evidence opbouwen voor alternatieve geneeskunde. Inmiddels bestaat er een aardige body of evidence, delen verzameld op deze website.

En uiteindelijk, een opmerking van een vrouwelijke collega over dit hele debat:

is het ethisch om vaak regulier uitbehandelde patienten een veilige therapie te onthouden, waar de patient in gelooft? Een therapie waar ook een arts voor staat en waar bewijs van effectiviteit voor bestaat?

Gerelateerde artikelen

Berichten

  1. Erik schreef:

    Uit bovenstaande regels valt te verwachten dat de uitslag 2 tegen 1 wordt.
    De sprekers die zo beginnen moeten 180 graden draaien tijdens het debat.
    Ik zie dat niet gebeuren. Ik hoop heel anders. Dat is het vervelende als je als overtuigd CAMmer zo’n voorronde ziet.

    Als er maar de toezegging uitrolt alle geneeswijzen met zelfde maten te meten!
    Dat zou een mooi fundament zijn voor de KNMG in hun statuten!

    Jan: zet ‘m op!

    Erik

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.