Grootste objectieve website voor
 complementaire en alternatieve geneeskunde

IOCOB

Home > Top menu > Prematuur oordeel: chelatie probleem in Berg en Bosch?

Prematuur oordeel: chelatie probleem in Berg en Bosch?

Een gevaarlijke bijwerking van chelatie in een prive kliniek in Berg en Bosch?

 

Dat zou men kunnen denken bij het oppervlakkig lezen van de Volkskrant van 1 November. Te prematuur, want we kennen de feiten niet genoeg om tot een analyse te komen! En een oorzakelijk verband leggen tussen een ernstige bijwerking van een behandeling, regulier of compelmentair, is complex.

 

Het ging om een patient met bortskanker, die zich meldde met klachten bij de VU. Enkele dagen later overleed ze. Of er een oorzakelijk verband bestaat tussen het overlijden en de chelatie therapie is nog geheel onduidelijk. De vaststelling of een behandeling een bepaalde bijwerking heeft is namelijk niet eenvoudig.

De Volkskrant van 1 november meldde n.a.v. de causaliteitsvraag het volgende:

Volgens justitie is de 58-jarige vrouw niet aan borstkanker overleden, maar is zij een onnatuurlijke dood gestorven. In de dagen voor haar plotselinge overlijden bezocht ze de particuliere kliniek, waar onder meer chelatietherapie wordt gegeven. Daarbij krijgen patiënten twintig tot dertig infusen toegediend om hun bloed te zuiveren. Na de dood van de patiënte heeft de politie drie huiszoekingen gedaan in de kliniek, waarbij de administratie en medische materialen in beslag zijn genomen.

Chelatie therapie: achtergrond

Chelatie therapie heeft van IOCOB een rood stoplicht gekregen. Tot nu toe waren er geen duidelijk positieve studies, en leek de behandeling weinig zinvol.

Aanvankelijk was er veel dierexperimenteel bewijs dat chelatie therapie zou kunnen werken. Maar recent is in een groot onderzoek bewezen, gepubliceerd in het toonaangevende tijdschrift JAMA, dat er geen werkzaamheid is van chelatie therapie bij patiënten met atherosclerose. In een verwant onderzoek kon bij verkalking van de bloedvaten eveneens geen positief effect gevonden worden. Ook uit de grote analyse van de belangrijke Cochrane groep bleek:

"At present, there is insufficient evidence to decide on the effectiveness or ineffectiveness of chelation therapy in improving clinical outcomes of patients with atherosclerotic cardiovascular disease."[1]

Chelatie wordt momenteel in een grote studie in Amerika nog eens geevalueerd op werking en bijwerking.

Ook vanuit de complementaire hoek wordt de effectiviteit van chelatie therapie bekritiseerd. De bekende hoogleraar Ernst van de Universiteit van Exeter noemde de behandeling voor atherosclerose enkele jaren geleden al achterhaald:

Given the potential of chelation therapy to cause severe adverse effects, this treatment should now be considered obsolete.’

In de Volkskrant stond verder:

Bilthoven – Het Openbaar Ministerie (OM) in Utrecht onderzoekt de dood van een 58-jarige patiënte na een behandeling in de Kliniek voor Preventieve Geneeskunde Berg en Bosch in Bilthoven. De vrouw leed aan borstkanker en bezocht de kliniek voor een alternatieve therapie. Ze overleed op 8 oktober in het VU-ziekenhuis in Amsterdam, kort nadat ze zich daar had gemeld met klachten.

En: Dat de vrouw aan een alternatieve therapie is overleden, staat overigens niet vast, onderstreept de woordvoerster van het OM. ‘Het onderzoek is in volle gang en richt zich op alles wat in de dagen kort voor haar dood is gebeurd.’

Directeur Eduard Schweden van de Bilthovense kliniek wil niet reageren op vragen over het onderzoek. Een andere medewerker van de kliniek in Bilthoven, die is gespecialiseerd in alternatieve behandelingen, zegt ‘niets te weten’ van een overleden patiënt.

Commentaar

Deze casus heeft 3 problemen. Het algemene probleem dat de suggestie wordt gewekt dat alternatieve geneeskunde niet veilig is, het probleem of het zinvol is om EDTA chelatie therapie te geven, en het probleem hoe je komt tot een uitspraak over het verband tussen een therapie en een (ernstige) bijwerking.

1. Elke behandeling kent bijwerkingen, binnen de reguliere therapie is dat vaak overduidelijk. I.v.m. de context is het volgende citaat van belang:

Volgens het Nederlandse bijwerkingencentrum Lareb sterven 2000 mensen elk jaar thuis door de bijwerking van een medicijn. Daarnaast overlijden nog eens 1500 tot 2000 patiënten aan de gevolgen van bijwerkingen van medicijnen die ze in het ziekenhuis krijgen toegediend.

Verder heeft de raad van Volksgezondheid en Zorg in 2005 alle bijwerkingen van alternatieve geneeskunde geinventariseerd, en kwam tot de conclusie dat er absoluut geen reden is om hier ongerust over te zijn.

2. Chelatie therapie wordt door kenners op dit gebied, zoals Ernst, en ook onze stichting gezien als een ‘NO GO’. De theorievorming achter chelatie therapie is tamelijk simplistisch: aderverkalking moet je behandelen met een ontstopper zoals EDTA, alsof onze aderen een soort rioolbuizen zijn.

3. Of er nu wel of geen oorzakelijk verband bestaat tussen dit geval van overlijden en chelatie therapie is vooralsnog geheel onduidelijk. Om een oorzakelijk verband te kunnen leggen tussen bijvoorbeeld een EDTA infuus bij een patient met borstkanker en plotselinge dood is veel informatie nodig. Meestal is de beschikbare informatie niet toereikend om duidelijkheid te krijgen. De literatuur over EDTA infusen laat zien dat ernstige bijwerkingen niet erg vaak optreden.[2] Maar bijwerkingen zijn wel duidelijk gemeld, onder anderen op het gebied van de bloedplaatjes. [3] Overlijden konden we als bijwerking van EDTA niet vinden in de database van Pubmed.

Duidelijk is wel dat chelatie therapie, een behandeling die invasief is, niet zo maar gegeven moet worden.[4] [5] Totdat we zeker weten of EDTA werkt en veilig is meent IOCOB dat er geen indicatie voor EDTA infusen bestaat.[6]

Wel meent IOCOB dat het onderstaande krantenbericht prematuur is, omdat er geen feiten genoemd worden en vermoedelijk ook nog niet bekend zijn, die een oordeel over de oorzakelijkheid mogelijk maken.

Oplossing van het probleem volgens de Raad van Volksgezondheid en Zorg

Het is waarschijnlijk dat allerlei partijen, al dan niet gehinderd door kennis, allerlei dingen gaat roepen over wat er moet gebeuren. Daarom is het goed te wijzen op het rapport van de Raad van Volksgezondheid en Zorg uit 2005: Medische diagnose: kiezen voor deskundigheid. Dat rapport is verkrijgbaar op het net en bevat duidelijke aanbevelingen naar aanleiding van het probleem Millecam. Het gaat vooral om voorlichting en het intact laten van de keuzevrijheid van de patient.

Lees meer in de Volkskrant

Literatuur

  1. Anand A, Evans MF. Does chelation therapy work for ischemic heart disease? Can.Fam.Physician 2003;49:307-309.
  2. Anderson TJ, Hubacek J, Wyse DG, Knudtson ML. Effect of chelation therapy on endothelial function in patients with coronary artery disease: PATCH substudy. J Am.Coll.Cardiol. 2-5-2003;41(3):420-425.
  3. Bell SA. Chelation therapy for patients with ischemic heart disease. JAMA 4-24-2002;287(16):2077-2078.
  4. Chappell LT and Stahl JP. The correlation between EDTA chelation therapy and improvement in cardiovascular function: a meta-analysis. Journal of Advancement in Medicine 1993;6:139-160.
  5. Chappell LT, Stahl JP, Evans R. EDTA chelation therapy for vascular disease: a meta-analysis using unpublished data. J Adv Med 1994;7:131-142.
  6. Chappell LT. Applications of EDTA chelation therapy. Alternative Medicine Review 1997;2(6):426-432.
  7. Chappell, LT, Miranda R, Hancke C, Frackelton JP, Carter JP. EDTA chelation treatment for peripheral vascular disease. J Intern.Med. 1995;237(4):429-432.
  8. Ernst E. Chelation therapy for peripheral arterial occlusive disease: a systematic review. Circulation 8-5-1997;96(3):1031-1033.
  9. Ernst E. Chelation therapy for coronary heart disease: an overview of all clinical investigations. Am Heart J 2000;140(1):139-141.
  10. Grebe HB, Gregory PJ. Inhibition of warfarin anticoagulation associated with chelation therapy. Pharmacotherapy 2002;22(8):1067-1069.
  11. Huynh-Do U. [Gout nephropathy–ghost or reality?]. Ther.Umsch. 2004;61(9):567-569.
  12. Knudtson ML, Wyse DG, Galbraith PD, Brant R, Hildebrand K, Paterson D, Richardson D, Burkart C, Burgess E. Chelation therapy for ischemic heart disease: a randomized controlled trial. JAMA 1-23-2002;287(4):481-486.
  13. Lin JL, Ho HH, Yu CC. Chelation therapy for patients with elevated body lead burden and progressive renal insufficiency. A randomized, controlled trial. Ann.Intern.Med 1-5-1999;130(1):7-13.
  14. Lyngdorf P, Guldager B, Holm J, Jorgensen SJ, Jelnes R. Chelation therapy for intermittent claudication: a double-blind, randomized, controlled trial. Circulation 1-15-1996;93(2):395-396.
  15. Morgan BW, Kori S, Thomas JD. Adverse effects in 5 patients receiving EDTA at an outpatient chelation clinic. Vet.Hum.Toxicol. 2002;44(5):274-276.
  16. Najjar DM, Cohen EJ, Rapuano CJ, Laibson PR. EDTA chelation for calcific band keratopathy: results and long-term follow-up. Am.J Ophthalmol. 2004;137(6):1056-1064.
  17. Quan H, Ghali WA, Verhoef MJ, Norris CM, Galbraith PD, Knudtson ML. Use of chelation therapy after coronary angiography. Am J Med 12-15-2001;111(9):686-691.
  18. Schnabel P, Erdmann E. [Is chelation therapy in coronary heart disease useful?]. Dtsch.Med.Wochenschr. 8-16-2002;127(33):1715.
  19. Strassberg D. Chelation therapy for patients with ischemic heart disease. JAMA 4-24-2002;287(16):2077-2078.
  20. van Rij AM, Solomon C, Packer SG, Hopkins WG. Chelation therapy for intermittent claudication. A double-blind, randomized, controlled trial. Circulation 1994;90(3):1194-1199.
  21. Villarruz MV, Dans AL, and Tan FN. Chelation therapy for atherosclerotic cardiovascular disease [protocol]. Cochrane Database of Systematic Reviews 2002;(4):CD002785.
  22. Wong SS, Nahin RL. National Center for Complementary and Alternative Medicine perspectives for complementary and alternative medicine research in cardiovascular diseases. Cardiol.Rev. 2003;11(2):94-98.



Referentie

[1] Villarruz MV, Dans A, Tan F. | Chelation therapy for atherosclerotic cardiovascular disease. | Cochrane Database Syst Rev. | 2002;(4):CD002785.

[2] Smirnov IP. | [Formation of the theory of the development of technical equipment provision in public health]. | Nov Med Tekh. | 1975;(3):5-8.

[3] Berkman N, Michaeli Y, Or R, Eldor A. | EDTA-dependent pseudothrombocytopenia: a clinical study of 18 patients and a review of the literature. | Am J Hematol. | 1991 Mar;36(3):195-201.

[4] Chappell LT. | Should EDTA chelation therapy be used instead of long-term clopidogrel plus aspirin to treat patients at risk from drug-eluting stents? | Altern Med Rev. | 2007 Jun;12(2):152-8.

[5] Shrihari JS, Roy A, Prabhakaran D, Reddy KS. | Role of EDTA chelation therapy in cardiovascular diseases. | Natl Med J India. | 2006 Jan-Feb;19(1):24-6.

[6] Seely DM, Wu P, Mills EJ. | EDTA chelation therapy for cardiovascular disease: a systematic review. | BMC Cardiovasc Disord. | 2005 Nov 1;5:32.

Gerelateerde artikelen

Berichten

  1. doc schreef:

    een uiterst heldere analyse, waard om in detail gelezen te worden. dank voor jullie uptodate berichten!!!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.